Op dinsdag 13 april 2021 voerde melkveehouder Jan Eijkelenboom zijn koeien voor het 20e jaar op rij vers gras op stal. Meestal kan hij al in maart van start, maar door de lage temperaturen in april stond er nog te weinig gras. ‘Lekker vers gras is het slagroom op de taart!’
Jan boert in het Zuid-Hollandse veenweidegebied bij Giessenburg. Al in het jaar 2000 begon hij met zomerstalvoeren. Dat beviel dermate goed dat hij er niet meer vanaf stapte. ‘De grasgroei is optimaal, de koeien doen het er goed op en ik hoef nauwelijks eiwit aan te kopen.’
Dichte graszode
Voor de fanatieke grasboer is een hoge opbrengst en kwaliteit van het grasland belangrijk. ‘Door het 8 tot 10 keer per seizoen maaien blijft de zode al veel dichter. Daarnaast houden we met wiedeggen en doorzaaien het aandeel goede grassen hoog. En we doen er alles aan om bodemverdichting te voorkomen.’
Eind maart wiedeggen op alle percelen gras
Volledig vers gras
In het vroege voorjaar start Jan rustig op met het vers gras voeren. Wanneer het kuilgras op is, meestal in de loop van april, is al het gras in het rantsoen vers. Als energie-ondersteuning voert Jan kuilmais en geplette gerst. ‘Het vers gras is super voer, hoog in VEM en eiwit. Vooral het voor- en najaarsgras benut je optimaal.’
Accepteer marketing cookies om deze video te bekijken.