De broers Peter en Theo van Zoest namen in 2013 samen het melkveebedrijf over dat hun grootvader begon. Met hun 105 hectare grasland produceren ze veel voer van eigen land. De broers zijn sinds de overname bezig met vernieuwing van het grasland.
Het bedrijf bevindt zich op veengrond in Reeuwijk. De melk wordt geproduceerd door de 180 melkkoeien op basis van veel ruwvoer van eigen grasland. Dit is ruim ruwvoer om jaarlijks 8.000 liter per koe te melken met 4,55% vet en 3,65% eiwit. “Iedere dag vers en fris voer, dat vind ik belangrijk”, stelt Theo.
Vernieuwing van grasmat
Jaarlijks proberen ze een aantal percelen te vernieuwen of door te zaaien. Hiervoor gebruiken ze grasmengsel LG HAVERA 1. “Onze keuze viel op HAVERA 1 om twee redenen. Ten eerste bevalt de verhouding van 70% tetraploïd en 30% diploïd in het graszaadmengsel goed op onze veengrond. Daarnaast is het mengsel geschikt voor zowel beweiding als maaien. Dat is voor ons belangrijk omdat zodra het kan de koeien buiten lopen.”
Minder eiwit bijvoeren
Momenteel is 25% van de percelen opnieuw ingezaaid met HAVERA 1. “Je merkt het verschil met de oude grassen. Met dezelfde bemesting hebben we meer opbrengst van het nieuwe gras. We zien ook dat de gehaltes in het ruwvoer beter worden, wat zich doorvertaalt naar de gehaltes in de melk. Zo hoeven we minder eiwit bij te voeren.”
De broers voeren geen krachtvoer in de melkput of krachtvoerbox. Aan het voerhek wordt een TMR rantsoen aangeboden. Het ruwvoer van eigen land wordt gemengd met als basis perspulp en bierborstel en daar waar nodig aangevuld met soja of raap als eiwitcomponenten en een maatmeel mengsel als energiecomponent.
Zorgvuldig in- en uitkuilen
Om zoveel mogelijk melk uit eigen ruwvoer te halen is er geïnvesteerd in extra ruwvoeropslag. “Omdat gras het hoofdbestanddeel is van het rantsoen willen we zo min mogelijk wisselingen hebben in de samenstelling van het ruwvoer. Met de nieuwe opslag erbij kunnen we van al het gras lasagnekuilen maken die niet boven de rand van de sleufsilo’s uitkomen.” Door de kuil binnen de wanden op te bouwen en af te dekken met persvezel behouden ze zoveel mogelijk voedingswaarde. “Op heel veel bedrijven wordt het verlies van voederwaarde door de manier van in- en uitkuilen onderschat. Daar valt veel te winnen”, sluit Theo af.