Gerrit Engberts melkt met zijn zoon 86 melkkoeien in het Twentse Westerhaar. Op 38 hectare land telen ze naast gras 2,3 hectare voederbieten en 6 hectare maïs. Vijf jaar geleden zijn ze weer begonnen met de teelt van voederbieten die ze vanaf november tot begin maart vers bijvoeren in het rantsoen. De koeien smullen ervan.
Beide veehouders zijn erg tevreden over de toevoeging van voederbieten aan het rantsoen. “Het was een hernieuwde kennismaking”, zegt Engberts. “Zo’n 30 jaar geleden waren we ermee gestopt. Het kostte veel arbeid, het was zwaar werk.” Nu is de teelt volgens hem een stuk makkelijker met behulp van mechanisatie. “En ook in de veredeling is natuurlijk veel verbeterd.”
Teeltadvies inschakelen
Doordat Gerrit ook loonwerk uitvoert in de buurt, kent hij de agrarische groothandel Agrowin. Naast producten zet Agrowin teeltadviseurs in, nu ook bij veehouder Engberts. Die kennis is ook nodig: “Voederbieten zijn toch wat minder makkelijk te telen dan bijvoorbeeld suikerbieten. Vooral de kiemfase is lastiger en daardoor is ook de strijd tegen onkruid uitdagend.”
Minimaal 10 kg per koe
Het inpassen van de voederbieten in het rantsoen doen Engberts en zoon samen met de voeradviseur van Fuiten veevoeders. “Vanuit de bemonstering kijken we welke voedingswaarde erin zit en daar stemmen we het rantsoen op af,” vertelt Engberts. Hun ervaring van de afgelopen jaren is dat je bij vers bijvoeren minimaal 10 kg per koe per dag moet voeren om effect te sorteren. Ze voeren nu 13 tot maximaal 15 kg verse bieten vanaf de oogst in oktober/november.
“Vooral als je de bieten vers voert is het effect groot. We zitten in de maanden in het najaar op 3,80% eiwit en met een laag ureumgehalte van 14/15. Ze geven er heel goed melk van”, aldus de enthousiaste veehouder. De voederbiet is duidelijk een blijver in het rantsoen. “De krachtvoergift is door het voeren van de voederbieten in de basis iets verlaagd. Eerst voerden we nog perspulp bij. Daar zijn we mee gestopt na de herintroductie van de voederbieten”, vertelt Engberts.
Selectie aandachtspunt
Selectie is nog wel een aandachtspunt. Volgens Engberts zijn de bieten zo smakelijk dat de koeien de puntjes er graag uitzoeken. Of het ook bijdraagt aan de gezondheid van de koe vindt hij lastig te zeggen. “Maar ze glimmen er wel mooi van, zijn goed gezond en je ziet ze altijd goed herkauwen, vaak met het schuim op de bek.” Het feit dat er veel ruwe celstof in de bieten zit werkt volgens hen ook positief.
Vers tot begin maart
De ervaring leerde de veehouders dat vers bijvoeren tot begin maart het maximaal haalbare is. “Daarna gaan de bieten kiemen en worden ze papperig. We kijken hoeveel we nodig hebben om tot begin maart vers te kunnen voeren. De rest kuilen we in over de maïs.” Die bieten worden dan ook wat eerder gerooid, afhankelijk van de maïsoogst. Engberts geeft aan dat de bieten in oktober nog flink doorgroeien. Vaak rooien ze 100 tot 120 ton per hectare. “Wij telen het ras Rialto van LG, die zijn mooi rond. Dat heeft als extra voordeel dat we de bieten helemaal niet hoeven te wassen voor het voeren. We rooien pas na drie of vier droge dagen en dan komen ze mooi schoon uit de grond.” De voederbieten worden in een sleufsilo opgeslagen. Eerst een doek, dan stro en dan afdekken met plastic. Ze snipperen elke dag zo’n 1.200 tot 1.300 kg. Dit gaat vervolgens in de voermengwagen.