Vroeg van het land, kwaliteit in de kuil

In Nederland hebben maistelers de keuze uit ultravroege tot en met middenvroege maisrassen. De laatste jaren kozen telers massaal voor vroegrijpe rassen. Wat zijn hiervan de voordelen ten opzichte van latere maisrassen?

De vanggewasdatum van 1 oktober op zand- en lössgronden heeft het gebruik van vroegere maisrassen een flinke impuls gegeven. Onderzaai is een optie, maar slaagt lang niet altijd en kost bovendien maisopbrengst. De afgelopen 2 jaren werd ruim 70% van het areaal in Nederland dan ook ingezaaid met vroegrijpe maisrassen. De praktijkervaringen wijzen, net als de Rassenlijstcijfers, uit dat vroegrijpe rassen vrijwel overal de meest bedrijfszekere keuze zijn!

Onderzaai (links) kost altijd maisopbrengst

Opbrengstpotentie gestegen

Telers in het Noorden en op koude, zware gronden kozen al voor ultra- tot zeer vroege rassen om mais te kunnen telen. In het Zuiden en (Zuid)-Oosten werden veel middenvroege rassen geteeld vanwege de hogere opbrengstpotentie. Door veredeling is de opbrengstpotentie van zeer vroege en vroege mais inmiddels enorm gestegen. De zeer vroege LG 31.205 haalt bijvoorbeeld ruim 22 ton drogestof per hectare op de Rassenlijst. Dat is meer dan veel middenvroege rassen!

Bron: Aanbevelende Rassenlijst Snijmais 2021 (CSAR)

Minder kans op droogteschade

In 4 van de voorbije 5 jaar kregen veel maistelers te maken met droogte. Vroege rassen zijn bij droogte op 2 fronten in het voordeel:

  • Rond de bloei doet droogte de grootste schade: de bevruchting verslechtert en dat kost veel zetmeelopbrengst. Vroege rassen bloeien eerder, wanneer meestal nog geen sprake is van droogte.
  • Bij droogte en hitte in augustus/ september is de mais vaak al in september helemaal ‘klaar’. Vroege rassen hebben dan hun volledige potentie al benut, maar middenvroege rassen nog niet.

Voordelen van vroeg oogsten

Met vroege maisrassen lukt het bijna altijd prima om al in september goed rijpe mais te oogsten. Het gedwongen hakselen van niet volledig rijpe mais kost veel voederwaarde, omdat het zetmeel niet volledig gevormd is. Daarbij is het risico op een modderige maisoogst veel kleiner en kan er een geslaagde nateelt van een vanggewas of gras volgen.

Komend seizoen ook vroeg de hoogste kVEM/ha oogsten?

Meer tips of persoonlijk advies? Vraag het je ruwvoerspecialist:

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.